Havo is de afkorting van 'hoger algemeen voortgezet onderwijs'. Deze leerweg duurt 5 jaar. Het bereidt je voor op een vervolgopleiding in het hoger beroepsonderwijs (hbo). Je kunt ook kiezen om na de havo nog vwo te doen.
Vwo staat voor 'voorbereidend wetenschappelijk onderwijs'. Het vwo duurt 6 jaar. Het bereidt je voor op een vervolgopleiding op de universiteit. Natuurlijk kun je ook kiezen om na je diploma een hbo-studie te volgen.
Havo en vwo lijken best wel op elkaar. In de eerste drie jaren van het havo én vwo krijg je veel verschillende vakken. Dat is belangrijke basiskennis. Ook maak je kennis met het Technasium. Na leerjaar 1 kies je of je verder wilt binnen het Technasium. Na leerjaar 3 kies je uit een van de vier profielen:
Volg je havo of vwo en wil je meer uitdaging in taal? Op het Linde College is het mogelijk om voor 2 verschillende talen een Europees erkend diploma te halen. Handig wanneer je bijvoorbeeld wilt studeren in het buitenland maar ook wanneer je in een latere baan internationaal werkt. Voor Engels kun je op alle niveaus, dus ook vmbo, kiezen voor Anglia. In de bovenbouw havo/vwo is er de mogelijkheid om begeleiding te krijgen voor Cambridge English. Voor het vak Frans kun je Diplôme d’Études en Langue Française (DELF) volgen. Wanneer je start op het Linde College kunnen de docenten Frans en Engels je hier veel meer over vertellen.
Alle leerlingen uit de brugklas van het havo en vwo krijgen lessen binnen het Technasium. Je volgt dan het vak Onderzoek & Ontwerpen (O&O). Je kiest zelf of je doorgaat met het Technasium tot je eindexamen.
Havo- en vwo-leerlingen die het vak bedrijfseconomie kiezen in de 4e klas, kunnen kiezen om het Vecon Business School certificaat te behalen. Dit is een certificaat waarmee je kunt aantonen dat je naast de reguliere stof, extra activiteiten hebt gedaan waarbij ondernemerschap centraal staat. Met dit certificaat op zak heb je een mooie voorsprong in het vervolgonderwijs en ook als je gaat solliciteren.
Om een certificaat te behalen moet je 7 punten behalen. Kleinere projecten leveren 1 punt en grotere projecten 2 punten. Voorbeelden van activiteiten die punten opleveren zijn:
Deze activiteiten zullen voor een groot deel tijdens de reguliere lessen worden georganiseerd. Buiten de lessen zul je af en toe tijd ook tijd moeten besteden aan deze activiteiten om alle punten te behalen. Wil je meer informatie over de Vecon Business School? Kijk op www.vecon.nl/vbs of vraag het aan je docent (bedrijfs-)economie.